In 1960 verhuist de 58-jarige vader van Maude Julien met vrouw en vierjarige dochter naar een plaatsje tussen Lille en Duinkerken, waar hij zich wijdt aan het project om van zijn dochter een Übermensch te maken. Maude gaat niet naar school, mag het huis niet uit en ondergaat extreme inspanning en uithongering. Ze is het slachtoffer van allerlei experimenten om haar voor te bereiden voor haar 'grote missie' later in de samenleving. Bijvoorbeeld door urenlang te oefenen in onbewogenheid, tien uur per dag muziek te maken of in de kelder opgesloten te worden om na te denken over de dood. Pas als tiener durft Maude zich, onder andere met behulp van haar muziekleraar, tegen haar vader te verzetten. Er wacht haar een jarenlang en heftig bevrijdingsproces, waarbij ze veel psychologische hulp nodig heeft en krijgt. Ze gaat studeren in de Verenigde Staten en wordt therapeute. Dit is een onvoorstelbaar openhartig boek over de strijd die Maude Julien als kind en tiener heeft moeten leveren tegen haar tirannieke vader, die zijn macht als ouder misbruikt, zijn kind manipuleert en onderdrukt. Haar levenswil en steun van boeken, muziek en de enkele mensen waarmee ze buiten het gezin in contact komt, worden overtuigend beschreven. Een schokkend verhaal over de werking van overlevingsmechanismen. Waargebeurd.