In Goethes (1749-1832) werk is liefde de rode draad: liefde voor (jonge) vrouwen, passie voor kunst en muziek, voor wolken en weer, voor de oudheidkunde, kosmologie, kleurenleer en nog veel meer. Goethe is een minnaar in vele gedaanten. Het essay in dit boek concentreert zich op enkele gedichten van Goethe, met al dan niet expliciete liefde als thema. De gedichten zijn zowel in het Duits als in een uitstekende Nederlandse vertaling opgenomen. De auteur 'vertaalt omdat hij het niet kan laten'. Hij is werkzaam als filosoof en theoloog en beschouwt het vertalen van poëzie als het beantwoorden van een gedicht met een gedicht: 'de meest intense vorm van close reading'. Prettige bladspiegel, zwart-witillustraties en veel voetnoten maken dit boek een aanwinst voor de Goethe-liefhebbers.