Twee stammen, die ongeveer 7000 jaar geleden leven, komen door een toevallige ontmoeting van twee kinderen met elkaar in aanraking. De ene stam bestaat uit jagers en verzamelaars, terwijl de andere stam landbouw en veeteelt bedrijft. De kinderen Alja en Erkin worden uitgewisseld om elkaars taal en cultuur te leren. Hun verschillende leefwijzen brengen onbedoeld de nodige problemen met zich mee, met een flinke escalatie tot gevolg. Het meeslepende verhaal wordt in een rustig tempo opgebouwd, waarbij de geschiedenis sprankelend tot leven komt. Gestaag neemt de spanning toe. De grootste verdienste zit echter in de mooi uitgediepte personages en in het nog immer actuele thema van cultuurverschillen en onbegrip. Jonge lezers zullen daardoor op een bijzondere manier in aanraking komen met geschiedenis en cultuur en echt tot denken worden aangezet. Een indrukwekkend debuut van een archeologe, dat doet denken aan de boeken van Jean Auel, maar dat veel toegankelijker is. Daarmee kan het boek binnen een gezin van jong tot oud gelezen worden en als boeiend gesprekspunt dienen. In het nawoord geeft de auteur enige achtergrondinformatie over de midden-steentijd waarin het verhaal zich afspeelt. Vanaf ca. 12 jaar.