Tweede roman, na 'Der Angstmann'*, met hoofdinspecteur Max Heller van de recherche in Dresden, die nu de dood van een Russische officier moet onderzoeken. Het is begin 1947 en de totaal verwoeste stad Dresden ligt in de Sovjet-bezettingszone en er wordt voor hem bepaald wat hij mag onderzoeken. Hij heeft een moeizame verhouding met de Russische veiligheidsdienst, maar probeert er het beste van te maken. Naast het lijk van de neergestoken officier vindt Heller een tas met een afgehouwen hoofd. Het heeft heel wat voeten in de aarde en er volgen meer moorden, voordat hij een idee krijgt van wat er aan de hand is. Naast een spannend misdaadverhaal schetst de schrijver een boeiend en realistisch portret van het leven in deze verwoeste stad tijdens een ijzig koude winter. Er is gebrek aan alles en niemand voelt zich veilig. Ex-nazi's, zoals Hellers superieur, bekleden soms belangrijke posities, jonge vrouwen en meisjes zijn niet veilig en er lopen mensen rond met wraakgevoelens. Het is een knappe prestatie om te midden van deze chaos een goedlopend misdaadverhaal te plaatsen met realistische karakters. *2016-52-1196 (2017/21).