De auteur van dit 2-delige woordenboek Nederlands-Zweeds (deel 1) en Zweeds-Nederlands heeft als leraar Zweeds gemerkt dat er grote behoefte bestaat aan een woordenboek waarin men bij elk trefwoord de spelling, de betekenis, informatie over de woordsoort, de verbuiging of vervoeging, samenstellingen met dat woord, voorbeeldzinnen en uitdrukkingen kan vinden. De trefwoorden zijn gericht op het dagelijkse leven, hobby, vrije tijd, op toeristen en het zakelijk verkeer. Bovendien zijn technische termen met betrekking tot wonen en werken (in Zweden) opgenomen. Elk deel bevat ongeveer 25.000 trefwoorden. Naast aanwijzingen voor het gebruik van het woordenboek vindt de gebruiker het Nederlandse en Zweedse alfabet en een overzichtskaart van Zweden. Tijdens een vakantie in Zweden heeft deel 1 zijn nut meer dan bewezen door toegankelijkheid, toepasbaarheid en trefwoordenkeuze. Van beide delen zijn tevens digitale versies te koop. Zeer aanbevolen voor de meest uiteenlopende Zweeds-Nederlandse verbindingen.