Onverdeeld één ding te willen : een opbouwende toespraak

Onverdeeld één ding te willen : een opbouwende toespraak

    Materiaalsoort
    Boek
    ISBN
    9789058814913
    Verschijningsdatum
    Jaar van uitgave
    2010
    Taal
    Nederlands
    Categorie
    Non-fictie
    Leeftijdsgroep
    Volwassenen
    SISO
    156.3 - Werken van wijsgeren
    Moeilijkheidsgraad
    2 - moeilijk
    Reeks/Serie
    Kierkegaards toespraken ; 6
    Uitgever
    Buijten & Schipperheijn Motief
    Editie / Druk
    1
    Aantal pagina's
    208 p
    Uitvoering boek
    Ingenaaid
    Hoogte
    195
    Breedte
    130
    Aantal banden
    1
    Bestelnummer
    2010250408
    NUR code
    707

    Aanschafinformatie

    Kierkegaard lijkt actueler dan ooit. Uitgeverij Damon begon enkele jaren geleden met de wetenschappelijk verantwoorde serie 'Werken', bij de protestantse uitgeverij Buijten & Schipperheijn verschijnt nu een aantal van Kierkegaards toespraken. In deze toespraak, zeer leesbaar vertaald, spreekt Kierkegaard de lezer aan op de individuele persoonlijke verantwoordelijkheid om in het licht van de eeuwigheid keuzes te maken: wil je jezelf door het wereldse laten versnipperen, of richt je je aandacht volledig op het goede, onverdeeld, waarachtig, in de wens je met God te laten verbinden? Kierkegaard bespreekt goede en valse motieven en uitvluchten. Aanleiding voor dit onderzoek (dat voor de lezer tot zelf-onderzoek wordt) is een biecht, waarbij de enkeling op het eigen falen en individuele verantwoordelijkheid wordt gewezen: ieder is als enkeling alleen voor God. Het boek is essayistisch geschreven, breed uitwaaierend, een boeiende doch moeilijke psychologische studie naar drijfveren van religieus geloof, idealen en de menselijke feilbaarheid. Medio 2011 wordt deze toespraak samen met alle andere uitgegeven in Damons Kierkegaard-serie, die de Nederlandse standaard lijkt te worden.

    Uitgeversinformatie

    Wie werkelijk het goede wil, wil één ding. En wie werkelijk één ding wil, die wil het goede. In de langste toespraak die Kierkegaard schreef komt aan de orde hoe belangrijk het is om onverdeeld te zij. Maar hoe leer je dat, hoe leer je om je niet te versnipperen en werkelijk op het goede uit te zijn? De aanleiding voor deze toespraak is een biecht. Kierkegaard geeft geen uitputtende verhandeling over ‘het goede’, maar nodigt de lezer uit om zichzelf te onderzoeken en te bevragen. Wat betekent het als je zegt dat je het goede wilt?