Als Lars, de kleine ijsbeer, op weg naar huis is, ruikt hij iets lekkers. De geur komt van de iglo. Lars besluit te gaan kijken, maar wordt ontdekt door de troep poolhonden die hem opjaagt. Lars weet te ontsnappen. Dan hoort hij het zielige gejank van het poolhondje Nanouk. Het hondje is in een ijskloof gevallen en zijn ouders kwijtgeraakt. Lars redt hem en samen gaan ze op zoek naar Nanouks familie. Door het opvliegende karakter van Nanouk komen ze in spannende situaties terecht, maar gelukkig komt alles op zijn pootjes terecht en keert het poolhondje terug bij zijn ouders. Het vertederende verhaal past haarfijn in de traditie van de Kleine IJsbeer-boeken. Qua stijl, verhaalopbouw en afloop verschilt dit boek niet van de overige delen. De overbekende, zachtgekleurde illustraties vullen het verhaal aan. De soepel lopende, vrij uitgebreide tekst laat zich goed voorlezen. Op het aantrekkelijke, lichtgroene omslag zijn de beide hoofdpersonen te zien. Vanaf ca. 4 jaar. Zie a.i.'s deze week voor het nieuwe deel 'Kleine IJsbeer en de pandaberen' en voor nog drie heruitgaven. In a.i.-week 2021/17 volgen nog drie heruitgaven.