Debuutroman met fictieve personen en feiten over een waargebeurde grootschalige overstroming rond alle grote rivieren in Nederland in 1799. Hoewel de watersnood van 1953 het meest in het geheugen ligt, waren er ook in het verdere verleden vele overstromingen, met vaak rampzalige gevolgen. Het boek is gebaseerd op het verslag van de ramp uit 1799 door landmeter en uitvinder Cornelis Zillesen. Behalve hijzelf komen zijn (fictieve) helpers n het water met zijn verwoestende kracht afwisselend aan het woord. De ramp speelt zich af tegen de achtergrond van de toenemende Franse invloed tijdens de Bataafsche Republiek (1795-1806), maar het accent ligt op persoonlijke verhalen. Zoals dat van Arculus, n van de assistenten van Zillesen. Hij wordt geplaagd door herinneringen aan zijn gewelddadige jeugd, waardoor hij tijdens de ramp een dramatische keuze maakt. De auteur is afkomstig uit de streek en uit het boek spreekt een grote betrokkenheid met de geschiedenis van het gebied en zijn bewoners. Met kaart, enkele historische afbeeldingen en verantwoording door de auteur. Geschreven met een vlotte pen; de auteur is professioneel tekstschrijver.