Georges Bataille (1897-1962) was romanschrijver, dichter en essayist. In 'Het kleintje' is hij prozadichter en filosoof, maar zonder vast omlijnde denkbeelden. 'Het kleintje' is opgebouwd uit losse passages, meestal kort. De betekenis van de zinnen is vaak duister. De thema's zijn: goed en kwaad, vooral het laatste, God, waanzin, seks, dood, smart, naakt, verlangen. De titel verwijst naar de term die prostituees gebruiken voor de anus. Veel scabreuze detail dus. Niet echt opwekkende lectuur. De vertaler besluit zijn nawoord met de volgende alinea: 'Schrijven blijft voor Bataille de enige kans op geluk, omdat hij zo het scabreuze, het scatologische en het sacrale kan verbinden om op symbolische wijze het onmenselijke te bereiken'. Bataille was een getroebleerd mens, die in de Franse letterkunde echter altijd een soort cultstatus heeft gehad.