Een verdiepend boek over de rol van de kritische en anarchistische Rapaille Partijen in de Nederlandse politiek tijdens het interbellum. Op 27 april 1921 veroorzaakte de verkiezing van de straatzwerver Had-je-me-maar tot Amsterdams gemeenteraadslid opschudding. Een verbond van anarchisten en kunstenaars, al gauw bekend als de Rapaille Partij, wilde hiermee de democratie ondermijnen. Nieuwe geruchtmakende acties en de oprichting van lokale Rapaille Partijen bleven niet uit. Op basis van uitvoerig bronnenonderzoek beschrijft Robin te Slaa deze tumultueuze geschiedenis, en plaatst het optreden van de Partijen in het perspectief van het ongenoegen met ‘de politiek’ dat destijds bestond en inmiddels is teruggekeerd. Vaardig, intelligent en inzichtelijk geschreven. Met foto's, portretten en illustraties in kleur en zwart-wit. Met name geschikt voor geoefende lezers.
Robin te Slaa (1969) is een Nederlandse historicus en geldt als expert op het gebied van fascisme. Samen met Edwin Klijn werkt hij aan een monumentale trilogie over de NSB, waarvan de eerste twee delen lovend zijn ontvangen.