Een onderhoudend boek met beschrijvingen van dagboekfragmenten van gewone Nederlanders. Bij toeval stuit Joris van Casteren op een merkwaardig archief, gevuld met dagboeken van honderden onbekende mensen. Het blijkt vele stemmen te bevatten van ‘gewone’ Nederlanders die onvoorstelbare dingen meemaken. Het dagboek is voor hen een schuilplaats waarin ze zich terugtrekken en vervreemden. Van Casteren besteedt vijf jaar aan het lezen van deze geschriften en wordt meegesleept in de levens van de zeer uiteenlopende personen, waaronder een vrouw uit Hoofddorp die overvallen pleegt, een homoseksuele storingsmonteur uit Limburg die in spiegelschrift schrijft, een KLM-purser die in Thailand kunstvoorwerpen steelt, een vrome bouwvakker uit Zwolle die zijn buren begluurt, en vele anderen. In vlotte, verhalende stijl en met enige humor geschreven. Geschikt voor een brede tot geoefende lezersgroep.
Joris van Casteren (Rotterdam, 1976) is een bekende Nederlandse schrijver, journalist en filosoof. Hij schreef vele boeken.