De leerlingen van klas 4A van het Vossius Gymnasium in Amsterdam kregen tijdens de lessen Nederlands van Henry Sepers de opdracht om drie verhalen te schrijven. Het eerste moest zich afspelen in het verleden, het tweede in het heden en het laatste in de toekomst. Een gebeurtenis uit hun eigen leven vormde het uitgangspunt, maar ze mochten er van alles omheen verzinnen. Fictie als middel om de werkelijkheid intenser te maken, maar ook om die een masker op te zetten.
In 26 bijzondere verhalen stellen de scholieren zich de vraag wat geluk is, nemen ze ons mee naar het Witte Huis, een schoolplein, het dak van het paleis op de Dam, of de molen langs de Amstel die waakt over een rotonde ‘zoals een sfinx waakt over zijn piramides’.
De geschiedenissen zijn persoonlijk of fantastisch, spannend of ontroerend, rauw of helder en breekbaar als kristal. Samen weerspiegelen ze de geest van een klas, en misschien wel van een generatie.
Stap in de wereld van deze 26 jonge schrijvers en lees De man met het mes!