Als de Weense historica Ellinor ontdekt dat zij en haar moeder niet verwant zijn aan de rest van haar familie, begint ze een zoektocht naar haar afkomst. Deze leidt haar via Kroatië naar Nieuw-Zeeland, waar ze haar voorvader Frano volgt, die zijn sporen bij veel vrouwen heeft achtergelaten. Ze bezoekt samen met haar man, de kunstenaar Gernot, haar verre familie. Gernot heeft helaas meer belangstelling voor zijn eigen kunst dan voor de geschiedenis van Ellinor. Naast de wens haar afkomst te leren kennen, leeft bij Ellinor het grote verlangen om zwanger te worden. Ook hierin lijkt ze niet helemaal op een lijn te liggen met haar man. Door middel van gesprekken, oude documenten en brieven ontdekt ze de waarheid over haar voorouders en maakt ze nieuwe vrienden. De Duitse historica en literatuurwetenschapper Christiane Gohl (1958), die onder pseudoniem schrijft, verbindt de levensgeschiedenissen van vrouwen uit verschillende generaties. Daarbij geeft ze informatie over oude ambachten, zoals dat van de 'gumdiggers' in Nieuw-Zeeland. Een onderhoudend, vlot geschreven en romantisch verhaal.