Lizzy is licht verstandelijk gehandicapt. Buurtgenootjes negeren of pesten haar, noemen haar 'mongool'. En dan komt Big (Abigail) in de buurt wonen. Zij benoemt zichzelf tot Lizzy's vriendin, maar de verhouding tussen de onzekere en trage Lizzy en de door de wol geverfde Big is volkomen scheef. Big blijkt een verwaarloosd kind te zijn en heeft waar ze ook woonde een spoor van wandaden achtergelaten. Ook Lizzy weet ze mee te slepen in haar agressieve en criminele handelwijze. Het verhaal opent met een brief van Big, waarin gerefereerd wordt aan een dramatische gebeurtenis, precies een jaar geleden. Lizzy vertelt vervolgens wat zich een jaar daarvoor heeft afgespeeld. Het boek is geschreven in korte zinnen en in toegankelijke taal. Toch is het geen eenvoudig boek, door het onderwerp, maar vooral door de keuze van de hoofdpersoon. Identificatie met Lizzy is niet eenvoudig. In de reflectie van Lizy op haar eigen gedrag klinkt (te veel) de volwassen auteur door. De auteur ontving voor haar debuut 'Virenzo en ik' een Vlag en Wimpel*. Een mooi, goed geschreven verhaal, dat waarschijnlijk slechts een klein publiek zal weten te veroveren. Gouden Griffel 2006. Vanaf ca. 10 jaar. *a.i. 2003-24-0-218.